Nota van aanbieding

Samen de schouders eronder!

Op 4 juli jl. stelde uw raad de voorjaarsnota 2019 Wij zijn elkaar! vast. Met ons sprak u in ruime meerderheid de voorkeur uit voor het scenario waarbinnen de nadruk lag op de maatregelen binnen jeugd en Wmo. Daarnaast werden maatregelen in overig beleid en bedrijfsvoering en de aanwending van het vrijgevallen ‘spaardeel’ tekort grondexploitatie voorgesteld. Dit scenario voorzag door het totaal aan maatregelen in een sluitende meerjarenprogrammabegroting en de opbouw van een jaarlijkse buffer voor het geval dat de voorgenomen maatregelen in jeugd en Wmo niet in het gewenste tempo zouden kunnen worden gerealiseerd. Ook kon binnen dit scenario vastgehouden worden aan het groeipad tot financieel herstel. Het zag er naar uit dat op basis van die voorjaarsnota wij het hoofd konden bieden aan de tegenslagen binnen met name jeugdzorg en Wmo en energiek verder konden werken aan de realisering van het coalitieakkoord. In een jaar tijd is er veel veranderd. De oplopende volumeontwikkeling in de zorg, de tegenvallende resultaten van de meicirculaire en de financiële gevolgen van het door het Rijk ingevoerde Wmo-abonnementstarief gooiden roet in het eten. Dit heeft geleid tot de voorliggende MPB die de vertaling is van de voorjaarsnota, aangevuld met maatregelen om de jongste financiële tegenvallers op te vangen. Ook een MPB die probeert om te gaan met de nodige onzekerheden. Zoals in de afgelopen tijd in een relatief kort tijdsbestek het financiële beeld veranderde kan dat ook in de nabije toekomst het geval zijn. Desalniettemin konden we er niet aan ontkomen om verregaande voorstellen te doen zoals een taakstelling op de bedrijfsvoering, een bezuiniging op het sociaal vangnet, een bezuiniging op het evenementenbeleid etc. En ook hebben we de OZB moeten verhogen en het pad tot financieel herstel moeten vertragen om te voorkomen dat nog drastischer en onomkeerbaar ingegrepen moest  worden in het gemeentelijk voorzieningenpeil. Maar zelfs onder deze omstandigheden staat het voor ons college vast dat wij verder blijven werken aan de realisering van het coalitieakkoord waarbij strategische doelen en topthema’s de leidraad voor ons handelen blijven. Lukt het niet op de fiets, dan doen we het te voet!

De situatie in Apeldoorn is in hoge mate vergelijkbaar met die in andere gemeenten. Gemeentelijke bestuurders en raadsleden luiden in allerlei (sociale) media de noodklok. Het is een wrang beeld. Terwijl bij het Rijk de financiële middelen schier onuitputtelijk lijken, worstelen gemeenten met de opgave hun begroting sluitend te krijgen en moeten zij soms de meest basale voorzieningen in hun gemeente afslanken of sluiten. Het voelt alsof het Rijk feest viert over de ruggen van de gemeenten. De gemeenten, zo ook Apeldoorn, worstelen met de actualiteit van het ‘trap op, trap af’ systeem wat betekent dat de inkomsten van gemeenten onvoorspelbaar en onberekenbaar zijn. Dat probleem is des te prangender omdat sinds 2015 gemeenten ook nog de taken op het terrein van jeugdzorg en maatschappelijke ondersteuning erbij kregen met de inmiddels bekende rijksbezuinigingen op het zorgbudget. Natuurlijk stellen wij samen met andere gemeenten dit onderwerp aan de orde binnen bijvoorbeeld de G40 en de VNG waarbinnen Apeldoorn goed vertegenwoordigd is. Ook benaderen wij via onze partijlijnen onze landelijke bestuurders en volksvertegenwoordigers. En, zo willen wij ten overvloede opmerken, natuurlijk is niet alles de schuld van weeffouten in de systematiek van de algemene uitkering of het achterblijven van adequate rijksvergoedingen voor de gemeentelijke uitgaven in de lokale zorg. Niet voor niets hebben wij met u diepgaande discussies gevoerd over hoe wij in onze gemeente onze zorg hebben georganiseerd en hebben we ook conclusies getrokken omtrent ons eigen handelen.

Zoals gezegd is de MPB die nu voorligt de vertaling van die voorjaarsnota, maar sindsdien zijn wij geconfronteerd met nieuwe tegenvallers. Ten tijde van de voorjaarsnota waren de eerdergenoemde uitkomsten van de Meicirculaire nog niet bekend en de algemene uitkering laat als gevolg van met name de ‘trap op, trap af systematiek’, waarbinnen de gemeentelijke inkomsten van een gemeente via het gemeentefonds afhankelijk zijn van de rijksuitgaven, een forse tegenvaller zien oplopend, tot meer dan zes miljoen euro in 2023 (1). En ook konden wij ten tijde van de Voorjaarsnota de oplopende volumeontwikkeling jeugd en Wmo en de kosten van de invoering door het Rijk van het Wmo-abonnementstarief nog niet bevroeden. Bij ongewijzigd beleid zullen deze kosten oplopen tot een extra tekort van bijna €20 miljoen in 2023. Het toch al sombere beeld uit de voorjaarsnota is door de jongste ontwikkelingen daarmee extra somber geworden.

Via de transformatieagenda bieden wij de tekorten op Jeugdzorg en Wmo, zoals bekend ten tijde van de voorjaarsnota, het hoofd. Op die manier kunnen forse stappen worden gezet om dat deel van de financiële huishouding weer op orde te krijgen. Inmiddels wordt voortvarend uitvoering gegeven aan dat transformatieplan. Maar nu worden nog extra taakstellingen toegevoegd als gevolg van de oplopende kosten van de volumeontwikkelingen jeugd/Wmo en het Wmo-abonnementstarief. We nemen in 2020 concrete maatregelen waarmee de jaarschijf 2020 sluitend wordt. Deze maatregelen werken structureel door in de overige jaarschijven van deze MPB. Voor de verder oplopende kosten van de volumeontwikkeling en abonnementstarief voor de jaren na 2020 hebben wij ervoor gekozen nog geen concrete maatregelen op te nemen omdat we de implicaties voor die jaren nog niet kunnen overzien. Daar praten we in 2020 aan de hand van de voorjaarsnota in dat jaar verder over om dan te bezien welke extra maatregelen mogelijk nodig zijn. We hebben de nu voorziene kostenontwikkeling (volumeontwikkeling en abonnementstarief) wel opgenomen in deze MPB maar pareren hem voor dit moment met een stelpost. De discussie over de onvermijdelijke ingrepen binnen jeugdzorg en Wmo zullen wij met u voeren binnen een aan de MPB flankerende en voortdurende dialoog. Los van de ingrepen binnen het sociaal domein presenteren wij in deze MPB ook een set aan bezuinigingen. Deels hebben wij die al verwoord in de door u vastgestelde Voorjaarsnota. Maar om de MPB in het licht van de jongste ontwikkelingen over alle jaren sluitend te krijgen en de gewenste buffer te vormen zijn meer, ingrijpender, maatregelen nodig. U treft deze maatregelen puntsgewijs aan in hoofdstuk 3 en verspreid over de programma’s van de MPB onder het kopje ‘Nieuwe Ontwikkelingen’. Het is een combinatie van kleine en grote maatregelen en deels domweg, maar wel doordacht, de kaasschaafmethode. Maar we kunnen er niet aan ontkomen om ook verdergaande voorstellen te doen zoals een taakstelling op de bedrijfsvoering, een bezuiniging op het sociaal vangnet, een bezuiniging op het evenementenbeleid etc. Door een OZB-verhoging en temporisering van het financieel herstel stellen we nog forsere ingrepen in elk geval voor dit moment uit. Pas in 2020 wordt duidelijk of de nog onzekere ontwikkelingen al dan niet leiden tot zwaardere maatregelen.

Het was goed om te merken dat we tijdens onze besprekingen vorm konden geven aan het zo belangrijke bindmiddel van collegiaal bestuur. Buiten kijf stond dat er primair binnen jeugdzorg en Wmo gezocht moest worden naar oplossingen. Maar we waren het er ook over eens dat die maatregelen niet zover mochten gaan dat die ingrepen zouden leiden tot een dusdanige verschraling van het aanbod dat juist de mensen die ons het hardst nodig hebben voor een gesloten deur zouden staan. Om die redenen hebben wij in collegialiteit en, hopelijk ook naar uw mening, in wijsheid gezocht naar flankerende maatregelen waarbij we het erover eens waren dat geen van de maatregelen mocht leiden tot een onverantwoordelijke afbraak van delen van het Apeldoornse huis. Maar tegelijkertijd vonden we dat in principe elke uitgave voor discussie openstond. We willen en kunnen geen afwachtende houding aannemen.

Wat betekent een en ander voor de realisering van het coalitieakkoord? Betekenen de voorgestelde maatregelen dat we het coalitieakkoord in de prullenmand kunnen of willen gooien en dat het college doorgaat als een zakencollege met als enige doel de financiële huishouding weer op orde te krijgen? Ons antwoord op die vraag was en is een volmondig nee! Het coalitieakkoord, opgebouwd langs de lijn van de strategische doelen en topthema’s, blijft wat ons betreft overeind. Natuurlijk betreuren wij de noodzakelijke ingrepen, natuurlijk hadden wij het graag anders gezien, maar als het niet kan per fiets dan doen we het te voet. Bij de voorjaarsnota in 2020 zullen we aan de hand van de dan uitgekristalliseerde ontwikkelingen opnieuw moeten bezien wat dat betekent voor het coalitieakkoord.

Wij zullen het debat met u aangaan en hebben het vertrouwen dat wij, met u, zullen komen tot de opstelling van een MPB die recht doet aan de omvangrijke financiële problematiek en toch ook recht doet aan uitwerking van de strategische doelen en topthema’s zoals verwoord in het coalitieakkoord. In de Voorjaarsnota zijn wij in vogelvlucht ingegaan op al het beleid dat wordt uitgevoerd en op stapel staat. Wij zullen dat hier niet herhalen. Maar let wel, ondanks de soms forse ingrepen: stad en dorpen blijven draaien! De openbare ruimte wordt onderhouden en er staan grote (duurzame) plannen op stapel, er wordt geïnvesteerd in bedrijventerreinen, in hoger onderwijs, de dienstverlening aan ondernemers blijft ongewijzigd hoog, bijstandsuitkeringen worden verstrekt en mensen worden zo mogelijk aan het werk geholpen, vuil wordt opgehaald, er wordt gesport, en zelfs onder deze omstandigheden is het zo slecht toeven nog niet in Apeldoorn.

We willen nog enige afsluitende opmerkingen maken. De MPB is in essentie het huishoudboekje van onze gemeente en de vertaling van het beleidsinhoudelijke debat aan de hand van de Voorjaarsnota in de aanwending van de financiële middelen voor de eerstvolgende vier jaar. Bij de opstelling van de MPB hebben wij vaak terug moeten denken aan de PMA-bijeenkomst van het Audit Comité. Een uwer verzuchtte: ‘is het nou zo moeilijk om in de MPB te vertellen wat je doet en dan op zo’n manier dat we in de jaarrekening kunnen beoordelen wat er van terecht is gekomen?’ Los van onze toezegging om te komen met een Verbeterplan Beleids- en Controlcyclus hebben we in deze MPB al geprobeerd, indachtig die opmerking, een eerste slag te maken door de prestaties meetbaarder te omschrijven: meer SMART, minder tekst! Wij hopen dat het opvalt.

En, begroten blijkt een weerbarstige activiteit. Via een begroting lijkt het alsof we de werkelijkheid en toekomst min of meer in handen hebben en vorm kunnen geven. Maar de jongste ontwikkelingen leren ons dat, meer dan ooit, een relativering op zijn plaats is. We kunnen worden verrast door interne ontwikkelingen, maar ook door positieve of negatieve ontwikkelingen waarop wij nauwelijks of geen invloed kunnen uitoefenen. Zo hebben de economische ontwikkelingen ons geholpen: minder mensen in de bijstand en meer aan het werk, de bedrijvigheid nam toe etc.  Maar door de tegenvallende rijksuitgaven viel de algemene uitkering weer tegen. Of neem de recente uitspraak van de Raad van State inzake de toepassing van het Programma Aanpak Stikstof (PAS) waarmee allerhande woningbouw- en bedrijfsontwikkelingen mogelijk vertraagd worden. Desalniettemin hebben wij getracht in de voorliggende MPB een doordacht financieel handelingsperspectief te bieden voor de komende vier jaar. Een handelingsperspectief dat naar zijn aard richting geeft maar ons er niet van zal weerhouden om wanneer er zich nieuwe financiële ontwikkelingen voordoen daarop direct en met voortvarendheid te reageren. Het is een handelingsperspectief met pijn, maar toch ook met voldoende aanknopingspunten om de stad te zijn die we willen zijn. Kortom, ook onder deze moeilijke omstandigheden willen we, samen met onze inwoners, vorm geven aan de comfortabele, inclusieve, duurzame, ondernemende en ook voor toeristen aantrekkelijke (gezins)stad en last but not least staat ook onder deze financiële omstandigheden financieel herstel onverkort hoog op de agenda.

1 Overigens heeft de Tweede Kamer bij de Algemene Beschouwingen met algemene stemmen een motie aangenomen waarin de regering verzocht wordt, samen met de VNG te onderzoeken met welke aanpassingen van de trap-op-trap-af systematiek gemeenten meerjarig meer financiële zekerheid kunnen krijgen. Voor het einde van het jaar moeten er voorstellen op tafel liggen.

ga terug